Bekijk de veelgestelde vragen met de bijbehorende antwoorden over het Nationaal Groeifonds op deze pagina.
Bij de start van het nieuwe kabinet in mei 2024 is besloten om het Nationaal Groeifonds uit te faseren. Dit betekent dat de rondes 4 en 5 zijn komen te vervallen, waardoor er € 6,8 miljard minder wordt uitgegeven. De afspraken van de rondes 1 tot en met 3 worden nagekomen. De uitfasering heeft dus geen gevolgen voor reserveringen en voorwaardelijke toekenningen uit deze rondes. Lees meer over de uitfasering van het fonds in het hoofdlijnenakkoord van 16 mei en het Regeerprogramma van 13 september 2024. De 50 projecten uit ronde 1, 2 en 3 gaan dankzij de investering van ruim €11 miljard de komende jaren impact maken. Het Nationaal Groeifonds blijft de komende jaren verantwoording afleggen over de behaalde resultaten. De adviescommissie blijft adviseren over het toekennen van reserveringen, voorwaardelijke toekenningen en over het beheer van de projecten. Het betreft 50 projecten met een investering van ruim 11 miljard.
Verschillende projecten met een toekenning hebben ook een voorwaardelijke toekenning gekregen. Dit is het geval als (een deel van) het project potentie heeft, maar nog versterkt moet worden op een aantal punten. Of als (de voortgang van) het project zich op onderdelen moet bewijzen. De adviescommissie heeft het kabinet in die gevallen geadviseerd om een bedrag onder voorwaarden toe te kennen. Het bedrag komt pas ter beschikking nadat aan de voorwaarden is voldaan en de commissie een positief advies heeft gegeven.
Het kan daarbij gaan om:
• het behalen van vastgestelde doelen - ook wel KPI’s (Key Performance Indicators),
• het tonen van geplande voortgang en resultaten,
• het verduidelijken of beter onderbouwen van bepaalde doelstellingen,
• een succesvolle uitvoering van (een deel van) het plan, of
• het verduidelijken van de governance voor bepaalde activiteiten.
De adviescommissie beoordeelt een verzoek om een voorwaardelijke toekenning om te zetten naar een toekenning. Als de adviescommissie oordeelt dat niet aan de voorwaarden is voldaan, dan kan zij adviseren om op een later moment een nieuw verzoek in te dienen of om de voorwaardelijke toekenning van een project niet toe te kennen en de voorwaardelijke toekenning te laten vervallen. Het voorwaardelijk toegekende geld is dan niet meer beschikbaar voor het project.
Wanneer bij de beoordeling van de nieuwe aangeleverde informatie of het nieuwe voorstel niet aan de beoordelingscriteria is voldaan, vervalt de reservering.
De adviescommissie beoordeelt en adviseert de fondsbeheerders (ministers van Economische Zaken en Financiën) daarin.
Voor verschillende projecten met een toekenning is ook een reservering getroffen. De adviescommissie ziet in onderdelen van deze projecten de potentie en kansen, maar heeft geadviseerd om de investering nog niet volledig of voorwaardelijk toe te kennen. Het project moet voor een onderdeel bijvoorbeeld meer informatie aanleveren. Of de commissie ziet in een onderdeel van het totale voorstel kansen, maar hiervoor moet (later) een nieuw voorstel worden ingediend. Na indiening beoordeelt de commissie het opnieuw. Is het oordeel positief? Dan volgt een al dan niet voorwaardelijke toekenning. Bij een negatief oordeel vervalt de reservering. De toets bij een reservering is dus zwaarder dan bij een voorwaardelijke toekenning en kan ook negatief uitpakken of tot een kleinere toekenning leiden.
Het geld voor goedgekeurde departementale projecten wordt opgenomen in de begroting van het departement dat het project heeft ingediend. Nadat het parlement de begroting heeft goedgekeurd kunnen de departementen de projecten financieren en uitvoeren. Hetzelfde geldt ook voor voorwaardelijke toekenningen en reserveringen waar een positief besluit over wordt genomen: het geld hiervoor wordt opgenomen in de begroting. Na goedkeuring van de begroting door het parlement kan het departement het geld besteden aan het project.
Voor de toegekende subsidieprojecten geldt dat de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland een detailcontrole heeft uitgevoerd op onder andere de staatssteunregels en niet-subsidiabele kosten. Nadat duidelijk was op welk bedrag de subsidieprojecten aanspraak konden maken, hebben de aanvragers het definitieve subsidiebesluit ontvangen en konden zij starten met hun project. De subsidie wordt zoals gebruikelijk in fases beschikbaar gesteld, onder andere afhankelijk van de mijlpalen en voortgang van het project.
Nog meer vragen?
Als u na het lezen van de bovenstaande vragen en antwoorden nog bepaalde informatie mist, laat het ons dan weten via het contactformulier. U ontvangt de gevraagde informatie dan zo snel mogelijk.