Veelgestelde vragen bij toekenning vanuit het Nationaal Groeifonds
Vind op deze pagina het antwoord op uw vragen over de toekenning in de 3e ronde van het Nationaal Groeifonds.
Veelgestelde vragen bij toekenning
Een voorstel krijgt een voorwaardelijke toekenning als een voorstel of onderdeel daarvan aantrekkelijk is, maar nog versterkt moet worden op een aantal punten. De commissie adviseert het kabinet een bedrag onder voorwaarden toe te kennen. Het bedrag komt ter beschikking nadat de commissie heeft geadviseerd of aan de voorwaarden is voldaan.
Het kan daarbij gaan om het behalen van vastgestelde doelen - ook wel KPI’s (Key Performance Indicators) en het tonen van de geplande voortgang. Daarnaast kan het gaan om: het verduidelijken of beter onderbouwen van bepaalde doelstellingen, de uitvoering van het plan of het verduidelijken van de governance.
Dan wordt de toekenning uitgesteld. Als indieners binnen een redelijke termijn niet aan de voorwaarden kunnen voldoen, wordt een project minder kansrijk geacht en vervalt de voorwaardelijke toekenning. Hiervoor wordt maatwerk geboden per voorstel.
De commissie beoordeelt en zal de fondsbeheerders (ministeries van Economische Zaken en Klimaat en Financiën) daarin adviseren.
De commissie ziet in onderdelen van een voorstel zeker de potentie en kansen, maar adviseert om de investering nu nog niet (volledig) toe te kennen. Bijvoorbeeld als er voor sommige onderdelen of fasen meer informatie nodig is. Of als de commissie kansen ziet in een onderdeel van een voorstel. Voor dit onderdeel moet dan een nieuw voorstel worden voorgelegd ter beoordeling.
Als bij de beoordeling van de opgevraagde informatie of het aangepaste voorstel niet aan de beoordelingscriteria is voldaan.
Voorwaardelijke toekenning: de commissie kan de voorwaarden voor bekostiging definiëren. De commissie beoordeelt later of aan die voorwaarden wordt voldaan. Zo ja, dan wordt de toekenning onvoorwaardelijk.
Reservering: in dit geval is veel nieuwe informatie en soms een vernieuwd plan nodig. De commissie maakt een nieuwe afweging over het voorstel of onderdeel waarvoor geld gereserveerd is, als de benodigde informatie is aangeleverd. Dat doet ze aan de hand van de beoordelingscriteria van het analysekader. Is het oordeel positief? Dan volgt een al dan niet voorwaardelijke toekenning. Als het oordeel negatief uitvalt, vervalt de reservering. De toets is dus zwaarder dan bij een voorwaardelijke toekenning en kan ook negatief uitpakken of tot een kleine(re) toekenning leiden.
De departementale voorstellen worden nu eerst verwerkt in de begroting. Na goedkeuring van de begroting kunnen de departementen de projecten financieren. Voor de subsidievoorstellen geldt dat Rijksdienst voor Ondernemend Nederland eerst nog een detailcontrole doet. Zo wordt onder meer gekeken naar staatssteunregels en niet-subsidiabele kosten. Nadat duidelijk is op welk bedrag de subsidievoorstellen aanspraak kunnen maken, ontvangen de aanvragers het definitieve besluit.
Nog meer vragen?
Als u na het lezen van de bovenstaande vragen en antwoorden nog bepaalde informatie mist, laat het ons dan weten met het contactformulier. U ontvangt de gevraagde informatie dan zo snel mogelijk.